Hematologie

Lymfomen zijn kankers van het lymfeweefsel, ook wel lymfeklierkanker genoemd. Meestal codeert men de lymfeklieren (C77.X) als primaire tumorlokalisatie (nodaal gelokaliseerde lymfomen). Lymfekliercellen circuleren echter van nature in het bloed en de lymfe en verplaatsen zich op deze wijze naar andere lymfeklieren. Voor lymfomen gebeurt de verspreiding analoog, waardoor ze op verschillende plaatsen in het lichaam worden aangetroffen. Lymfomen kunnen zich bijgevolg zowel binnen als buiten het lymfeklierweefsel bevinden, maar kunnen ook primair ontstaan in een orgaan. Als dit gebeurt, moet dit orgaan gecodeerd worden als primaire tumorlokalisatie (extranodaal gelokaliseerde lymfomen). Voorbeelden van extranodaal gelokaliseerde lymfomen zijn lymfomen die voor het eerst gediagnosticeerd werden in de maag, tonsil, huid, enzovoort.

Lymfomen ontstaan niet in het beenmerg (C42.1). Het vinden van een lymfoom in het beenmerg duidt op een gevorderd stadium van de ziekte. Het noteren van het bijhorende Ann Arbor stadium maakt dit duidelijk. De code voor beenmerg (C42.1) mag enkel gebruikt worden voor een lymfoom indien het lymfoom zich ook enkel in het beenmerg bevindt (zuiver leukemische vormen).

Tip: wanneer een beenmergaantasting teruggevonden wordt bij een patiënt met een lymfoom, is het aangewezen om na te gaan of het om een lymfoom gaat dat effectief in een vergevorderd stadium ontdekt werd. Het kan immers gaan om een lymfoom dat reeds langer gekend is met een incidentiedatum die maanden tot jaren voor het positieve beenmergstaal kan liggen en waarbij een evolutie naar beenmerginvasie heeft plaatsgevonden.

Indien niet duidelijk is waar de ziekte ontstaan is (orgaan of lymfeklieren), geldt code C77.9.